Dus je hebt besloten om een (online) bemiddelingsbureau te beginnen? Misschien ga je wel ICT-professionals koppelen aan overheidsinstanties of wil je zelfstandige vertalers in contact brengen met grote bedrijven. Je gaat natuurlijk niet lukraak te werk. Van alle bemiddelingsbureaus die er worden gestart, overleven er maar paar, en daar wil jij immers bij horen. Daarom besluit je ook direct de juridische kant van het verhaal aan te pakken. En hoe beter te beginnen dan met het lezen van een blog over de 5 juridische valkuilen van startende bemiddelingsbureau’s?
1. Geen bemiddeling, maar tussenkomst
Het gaat nogal eens fout: beginnende intermediairs die denken dat ze een bemiddelingsbureau starten terwijl ze eigenlijk via het tussenkomstmodel gaan werken. En dat heeft nogal wat (juridische) gevolgen.
We schreven al eens eerder een blog over het verschil tussen ‘bemiddeling’ en ‘tussenkomst’, maar leggen het nog eenmaal kort uit:
- Bemiddeling: je brengt als intermediair de zzp’er en eindopdrachtgever bij elkaar. De zzp’er en eindopdrachtgever sluiten met elkaar een overeenkomst van opdracht. Jij bent géén partij bij deze overeenkomst.
- Tussenkomst: je sluit als intermediair een contract met de zzp’er en bent dus zelf de opdrachtgever van de zzp’er. Tegelijkertijd neem jij als opdrachtnemer de opdracht op je van de eindopdrachtgever. De zzp’er voert de werkzaamheden natuurlijk niet uit voor jou, maar voor de eindopdrachtgever. Je zit er als intermediair dus ‘tussenin’.
Bovenstaande modellen verschillen van elkaar als dag en nacht. Zo moet je bij tussenkomst bijvoorbeeld heel erg oppassen dat je als intermediair niet stiekem een uitzendconstructie hebt neergezet. Dan zou er namelijk een (fictieve) dienstbetrekking tussen jou en de zzp’er zijn ontstaan en dat kan enorme invloed hebben op je business model.
Ofwel: voordat je jouw gloednieuwe website online zet, een pool van freelancers maakt, enzovoorts, is het raadzaam om eerst eens te bekijken wat voor juridische kwalificatie jouw bureau toekomt. Is dat bemiddeling of toch tussenkomst?
2. Concurrentiebeding vergeten?
Je wilt een bemiddelingsbureau beginnen omdat je graag vraag en aanbod bij elkaar brengt. Daar wil je natuurlijk wel iets voor terug. Want inmiddels heb je al een behoorlijk bedrag geïnvesteerd in het bureau en doe je bovendien je best om de kwaliteit hoog te houden. Via een selectieprocedure van zzp’ers bijvoorbeeld.
Voor je inspanningen vraag je daarom een commissie aan de vraagzijde (voorbeeld, de overheidsinstantie). Die commissie moet worden betaald wanneer de vraagzijde een overeenkomst sluit met de aanbodzijde (voorbeeld, de ICT-professional).
Maar, wat belet de ICT-professional eigenlijk om rechtstreeks zaken te doen met de overheidsinstantie? In een dergelijk geval kan je wel fluiten naar je vergoeding en dat is, lijkt mij, toch niet je bedoeling. Precies om die situatie te voorkomen, is het verstandig om als bemiddelingsbureau een relatie- en concurrentiebeding op te nemen. In zo’n beding spreek je, kort gezegd, af dat vraag- en aanbodzijde niet achter jouw rug om een deal sluiten. Aan het opnemen van een relatie- en concurrentiebeding zitten wel enkele risico’s. Zo kan een verstrekkend beding duiden op een (fictieve) dienstbetrekking en / of onredelijk bezwarend zijn voor de zzp’er. Het is in dit licht essentieel om het beding te laten opstellen door een jurist en er niet zelf eentje in elkaar te flansen.
3. Het “verbod op 2 heren dienen”
Als bemiddelaar mag je niet ‘2 heren dienen’. Dit betekent, kort gezegd, dat je als bemiddelend platform in beginsel niet mag werken voor zowel de aanbod als vraagzijde. Je zal dus moeten kiezen. Logischerwijs, mag je dan ook maar aan één partij een bemiddelingscommissie (i.e. een vergoeding) vragen. Op het moment dat je als bemiddelaar dus zowel aan de aanbodzijde als aan de vraagzijde een vergoeding in rekening brengt, ben je verkeerd bezig.
Alhoewel het het verbod op ‘2 heren dienen’ in feite best recht-toe-recht-aan is, gaat het in de praktijk toch veelvuldig fout. Dit is vaak het directe gevolg van een verkeerde juridische kwalificatie. Of nog erger: men heeft simpelweg nooit nagedacht over de juridische hoedanigheid van het bureau. Wat er dan gebeurt is dat het bemiddelingsbureau, onterecht, van mening is dat er geen sprake is van bemiddeling en het verbod dus niet van toepassing is. Zo bracht Airbnb bemiddelingskosten in rekening bij zowel de huurder als verhuurder. In een procedure kwam de rechtbank tot de beslissing dat deze zogeheten tweezijdige bemiddeling in strijd is met de wet. Airbnb mag dus nog maar aan 1 partij bemiddelingskosten vragen.
Sparren met een jurist?
Iedereen kan een bemiddelingsbureau starten, maar er zijn maar een paar ondernemers die het ook daadwerkelijk lukt om hun bureau tot een succes te maken. Natuurlijk wil jij bij die ‘paar’ horen, toch? Daarvoor is het in ieder geval essentieel dat jij jouw bemiddelingsbureau van een stevig juridisch fundament voorziet.
Ben je voornemens een bemiddelingsbureau te starten en wil jij eens sparren met een jurist over de juridische kant van het verhaal? Neem dan gerust eens contact op.