Waar het vroeger relatief duidelijk was of er een verveelvoudiging of openbaarmaking van een werk had plaatsgevonden, is dat met de komst van het internet een stuk complexer geworden. Auteursrechtelijk beschermde content (afbeeldingen, video’s, teksten, e.d.) zijn voor miljarden mensen met een simpele “klik” toegankelijk geworden. Tegelijkertijd komt deze content nog steeds auteursrechtelijke bescherming toe. Dit leidt bij velen tot verwarring. De hyperlink maakt het er helaas niet gemakkelijker op. Alhoewel er vaak de veronderstelling bestaat dat hyperlinken (net als embedden) gewoon is toegestaan, is deze geruststellende gedachte (alhoewel begrijpelijk) enigszins misleidend. Wat er wel en wat niet mag is helaas (i) een stuk ingewikkelder en (ii) nog steeds niet helemaal duidelijk (zelfs voor juristen niet!). In deze blog doen we een poging om het een en ander op te helderen.
<a href= “”> Klik op deze link </a>
Voordat we aan het auteursrechtelijke gedeelte toekomen, leggen we eerst nog een keer uit wat ‘hyperlinken’ nou eigenlijk inhoudt. Een hyperlink is (het woord zegt het al) een link tussen twee webpagina’s. Door op de hyperlink te klikken wordt je verwezen naar een andere pagina. Deze pagina kan als een nieuwe webpagina worden geladen maar ook in het frame van je huidige webpagina. Indien je op deze hyperlink klikt wordt je bijvoorbeeld verwezen naar een nieuwe webpagina in jouw browser. Het is niet ver gezocht om te stellen dat “hyperlinken” de essentie van het internet behelst. Via al die hyperlinks kan je via de ene webpagina naar de andere springen om zo de eindeloze mogelijkheden van het internet ontdekken.
Hyperlinks en copyright, wat is het probleem?
Het auteursrecht geeft de maker van een “creatief” werk (het moet oorspronkelijk zijn en de stempel van de maker bevatten) diverse rechten om zijn werk te beschermen. Zo mag in beginsel alleen de maker zijn werk exploiteren. Exploiteren betekent hier het “openbaar maken of verveelvoudigen” van een werk. Als uitgangspunt geldt dus dat het openbaar maken van een werk alleen met toestemming van de maker mag gebeuren. De fotograaf mag er dus vanuit gaan dat zijn foto niet zomaar door een marketingbedrijf als omslagfoto op hun website wordt geplaatst.
Het zonder toestemming openbaar maken of verveelvoudigen van een werk is (uitzonderingen daargelaten) een inbreuk op het auteursrecht van de maker. Een dergelijke inbreuk kan onder andere leiden tot een vordering tot schadevergoeding en / of een vordering tot winstafdracht.
Tip: De Europese variant van het Nederlandse begrip “openbaar maken” is “mededeling aan publiek”. In deze blog worden zowel “openbaarmaking” als “mededeling aan publiek” gebruikt.
Door het klikken op een hyperlink wordt de websitebezoeker verwezen naar een pagina op een andere website. Deze pagina kan auteursrechtelijk beschermde content bevatten. Een voorbeeld: de hyperlink verwijst naar een pagina waar een blog staat over Donald Trump, met daarbij een omslagfoto van de president en een animatie-video waarin hij enigszins op de hak wordt genomen. Zowel de tekst, de foto en de video zijn auteursrechtelijk beschermd. Is deze hyperlink nou te beschouwen als een openbaarmaking of – in andere woorden – een “mededeling aan het publiek”? Of moet de hyperlink gewoon beschouwd worden als een veredelde voetnoot? Bovenal: onder welke omstandigheden mag de maker van de blog (“en de makers van de video en foto?!”) tegen het plaatsen van een hyperlink optreden?
Linken: inbreuk op auteursrecht?
Of hyperlinken zonder toestemming van de auteursrechthebbende geoorloofd is, is een vraag die in de hoogste kringen is uitgevochten. Het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof) heeft in een aantal arresten uitgekristalliseerd wanneer een hyperlink als een handeling bestaande in een mededeling aan een nieuw publiek moet worden gekwalificeerd. Met een paar verrassende omwegen, is het Hof tot een aantal conclusies gekomen. Uit deze conclusies hebben wij twee stappen afgeleid die je kan volgen indien je een hyperlink wilt plaatsen maar toch enigszins twijfelt over de toelaatbaarheid daarvan.
⇨ Stap 1: Toestemming. Verwijst de hyperlink naar werken die vrij beschikbaar zijn op een andere website en zijn die werken met toestemming van de rechthebbenden op die andere website ter beschikking gesteld? Ja: dan is er geen sprake van een mededeling aan een nieuw publiek (hyperlink is toegestaan). Nee (“geen toestemming”)? > Zie stap 2.
⇨ Stap 2: Kennis van de ontbrekende toestemming. Wist de plaatser van de hyperlink of kon hij/zij redelijkerwijs weten dat het werk – waarnaar de hyperlink verwijst – zonder toestemming is gepubliceerd op het internet (“illegale content”)?
- Hyperlink-plaatser is een particulier (zonder winstoogmerk): er wordt verondersteld dat de particulier niet weet – en redelijkerwijs niet kan weten – dat het werk zonder toestemming op het internet is gezet. Dit is slechts anders als de persoon in kwestie wist of moest weten dat de hyperlink toegang geeft tot illegale content. Voorbeeld: particulier heeft een e-mail ontvangen van de rechthebbenden op het werk met daarin een waarschuwing.
- Hyperlink-plaatser heeft een winstoogmerk: degene die met een winstoogmerk een hyperlink plaats naar illegale content (zonder toestemming rechthebbende) wordt vermoed kennis te hebben van het ontbreken van de toestemming / beschermde aard van het werk, tenzij dit vermoeden wordt verlegd. De plaatser met winstoogmerk dient in ieder geval de nodige verificaties te verrichten voordat hij tot plaatsing overgaat. Voorbeeld: stuur de rechthebbende een e-mail.
Wel kennis: mededeling aan nieuw publiek. Geen kennis: geen mededeling aan een nieuw publiek (hyperlink is toegestaan).
Hyperlinken is soms illegaal
Alhoewel bovenstaande stappen er vrij recht-toe-recht-aan uitzien, laten ze nog veel ruimte open voor discussie. Allereerst is het opmerkelijk te noemen dat het Hof “kennis van de illegaliteit” doorslaggevend acht voor de vraag of er sprake is van een mededeling aan een nieuw publiek. Waar juristen normaliter hameren op het gegeven dat kennis van het onwettige karakter geen rol speelt bij de vraag of er sprake is van een inbreuk, is dat hiermee geen vanzelfsprekendheid meer. Net zo opmerkelijk is het feit dat, met deze jurisprudentie, het wel of niet hebben van een “winstoogmerk” grote gevolgen heeft voor de vraag of er nou wel of niet sprake is van een inbreuk. Tegelijkertijd is het niet duidelijk wanneer er nou sprake is van een winstoogmerk. Het Hof heeft in de Pirate Bay-zaak aangenomen dat een dergelijk winstoogmerk aanwezig was, omdat Pirate Bay aanzienlijke opbrengsten uit reclame – via het platform – maakte. Bij zo’n groot platform als Pirate Bay is deze conclusie natuurlijk niet erg verrassend, maar wat te denken van een hobby-achtige blog waarmee af en toe wat geld wordt verdiend. En, moet er echt met die specifieke link (waar de inbreuk mee wordt gemaakt) winst worden gemaakt, of is het voldoende dat er via hyperlinks wordt geprobeerd meer website-bezoekers aan te trekken?
Enfin, de plaatser met een winstoogmerk dient dus de nodige “verificatie te verrichten om zich ervan te vergewissen dat het betrokken werk niet illegaal is gepubliceerd”. Maar, wat voor soort verificaties hebben we het dan eigenlijk over? De realiteit is dat het ontstaan van auteursrecht aan geen enkele formaliteit verbonden is. In andere woorden: het auteursrecht ontstaat automatisch en hoeft niet te worden geregistreerd, gedeponeerd, et cetera. De keerzijde hiervan is – o.a. – dat het niet zo makkelijk is om erachter te komen of die prachtige video auteursrechtelijk beschermd is, wie de rechthebbende daarop is, of deze toestemming heeft verleend, et cetera. Bovendien: op een webpagina (waarnaar een hyperlink verwijst) staan dikwijls diverse werken die auteursrechtelijke bescherming toekomen. Denk maar even terug aan die blog over Donald Trump, met de daarbijbehorende foto en video. Moet er dan bij elk separaat werk onderzoek worden gedaan naar de auteursrechthebbende, etc? We vragen ons af hoe realistisch het is om van “plaatsers” met winstoogmerk een dergelijke onderzoeksplicht te verwachten. Staat het Hof wellicht te ver af van de realiteit?